Historie Stichting Samen Verder
Datum notariële akte: 6 april 1978
De initiatiefnemers
Het openbaar vervoer in Culemborg was in de jaren zeventig van een bescheiden omvang. Ook opvang en begeleiding van ouderen en gehandicapten was er nauwelijks, hoewel daar wel behoefte aan was, zeker na het gereedkomen van de Driestad, een wooncentrum voor ouderen.
Verschillende (charitatieve) instellingen hielden zich zo goed mogelijk bezig met de zorg van ouderen zoals de Rooms-katholieke Sint Vincentius Vereniging en de Maatschappelijke Dienstverlening Culemborg. Bij St. Vincentius was in die jaren dokter J.B.H. Deen voorzitter en de heer A.J.C. van Dam penningmeester. Deze laatste beheerde op actieve en bekwame wijze de fondsen en controleerde of de gelden goed en juist besteed werden. Vanuit het Beatrix Verpleeghuis ontstond de behoefte aan vervoer teneinde hun bewoners in het weekeinde naar huis te kunnen laten gaan Deze vraag werd neergelegd bij de kerken en kwam langs die weg terecht bij de heer Louis van Dam.
In de Driestad was ook het Dienstencentrum gehuisvest en in één van de twee kantoortjes zat de heer H. Boot van de Stichting Bejaardenwerk. Daar was mevrouw W.J. Schouten-Kuyk inmiddels een opvallend figuur geworden. Zij kwam vaak in de Driestad, omdat haar moeder er woonde. Zij bezocht dan ook het Dienstencentrum en had daar creatieve ideeën voor allerlei activiteiten. Toen de toenmalige leiding van het centrum wegens hoge leeftijd terugtrad, werd mevrouw Schouten door het bestuur van de Stichting Bejaardenwerk gevraagd de leiding over te nemen.
De heer Van Dam had, vanuit de bemoeienissen van St. Vincentius met ouderen, mevrouw Schouten bezig gezien als stuwende kracht in het Dienstencentrum. Op zeker moment is hij op haar afgestapt met de legendarische woorden: “Wij moeten eens praten.” En zo gebeurde het. Het klikte tussen deze twee mensen en al snel werd de taakverdeling duidelijk. In de woorden van de heer Van Dam: “Wij gaan iets doen voor ouderen. Ik zorg voor de centen en jij voor de organisatie".
Het initiatief
Zo was het plan om voor ouderen en gehandicapten in Culemborg iets te gaan doen geboren. In juni 1977 vonden er besprekingen plaats tussen bestuursleden van de Stichting Bejaardenwerk en leden van de inmiddels gevormde initiatiefgroep, mevrouw Schouten en de heren Van Dam, Deen, Boot en C.J. Koopman. Na goed overleg werd besloten tot oprichting van een nieuwe stichting. Er werd een bestuur gevormd, bestaande uit dokter H.A.C. de Vos als voorzitter, mevrouw Schouten als secretaris, de heer Van Dam als penningmeester en als leden de heren R. van Wieren en R.H. Reinders.
Als naam voor de stichting werd er gekozen voor:
Stichting Samen Verder.De doelstelling van de Stichting:
het bevorderen en onderhouden van contacten van ouderen en minder validen met hun omgeving.
Vanuit het kantoor van de Stichting Bejaardenwerk begint mevrouw Schouten voortvarend met de organisatie van de nieuwe stichting. Op 6 april 1978 wordt ten overstaan van notaris J. Bloemerts de stichtingsakte gepasseerd. Daarmee is de Stichting Samen Verder nu ook officieel gevestigd. In november krijgt de stichting een eigen kantoorruimte in het Dienstencentrum.
Het vervoersproject
Direct na de oprichting werd er besloten om als eerste project het niet-professionele vervoer te gaan regelen. En dan niet alleen voor de bewoners van het Beatrix Verpleeghuis, maar voor de gehele doelgroep van ouderen en gehandicapten in Culemborg.
Er werd een eigen telefoonlijn aangevraagd, er werden formulieren gemaakt, er werd vergaderd over de soort bus die voor dit vervoer nodig was. Alle inwoners van Culemborg kregen een brief met een uiteenzetting over de nieuw opgerichte stichting en haar doelstelling, en dat er chauffeurs en bijrijders nodig waren voor her vervoersproject, uiteraard op vrijwillige basis. Al spoedig kwamen daarvoor de aanmeldingen binnen.
Met een renteloze lening van f. 10.000,- van de St. Vincentius-Stichting en met financiële steun en eenmalige startdonaties van een aantal instanties kon het bestuur overgaan tot de aankoop van het eerste busje, dat na grondige informatie passend werd ingericht voor het vervoer van ouderen en gehandicapten.
Op 24 maart 1978 ontving de heer Van Dam op het terrein voor de Driestad de sleutels van deze bus, een Mercedes, uit handen van de heer A.M. Schrijver, protector van Stichting Elisabeth Weeshuis (dat één van de donoren was) en lid van het kerkbestuur van de Nederlands Hervormde Gemeente.
KLAARTJE is geboren
De bus kreeg de naam KLAARTJE (‘wij staan voor u klaar’) en na enkele proefritten ging het vervoersproject op 26 maart 1978 daadwerkelijk van start. De eerste officiële rit werd gereden met als chauffeur mevrouw H.E.F. Sepers-Treurniet. Er waren zeven klanten die eerste dag en er was veel bewondering voor de bus.
Het vervoersproject KLAARTJE was geboren, een gouden greep!
De chauffeurs van Klaartje kregen handgeschreven lijsten met vervoersopdrachten mee. Ze moesten vaak terug naar kantoor voor nieuwe informatie. Na verloop van tijd raakte iedereen ingewerkt en de Stichting groeide. Er kwamen dagleiders en een hoofd-dagleider. De chauffeurs werden nu per dagdeel ingeroosterd, er was een technische dienst voor het onderhoud en het schoonmaken van de inmiddels twee bussen werd onderling geregeld.
Aanvankelijk kon het vervoer van rolstoelen niet verzorgd worden. Vanaf zomer 1979 werd het echter mogelijk een rolstoel via U-balken aan de achterkant van de bus naar binnen te duwen. En in de nieuwe Renault-bus die op 9 mei 1981 ging rijden, kwam een ingebouwde lift. Een forse uitgaaf was het, een bus met lift, maar de heer Louis van Dam had de financiële regie goed in de hand en hij zag geen belemmeringen. De medewerkers van Klaartje waren bijzonder gelukkig met deze vooruitgang.
Het aantal ritten nam gestaag toe, Klaartje had haar bestaansrecht duidelijk bewezen. In 1989 kwam er een mobilofoon op kantoor en in de bussen om het onderlinge contact te verbeteren en te versnellen. De medewerkers op kantoor werden geschoold in het werken met de computer en vanaf 11 februari 1991 werden de ritlijsten alleen nog maar per computer gemaakt. Hiermee kwam een einde aan 13 jaar handmatig roosters opstellen. Deze omschakeling werd gerealiseerd door de heer Cor Brink.
Voor het project Klaartje zijn in de loop van de jaren verschillende automerken gebruikt (Mercedes, Renault, Ford en vooral Volkswagen) en de bussen reden in de kleuren geel, rood en beige door de stad. Sinds 1992 zijn alle bussen geel en voorzien van het logo van de Stichting.
Dit logo verbeeldt twee handen, waarvan de ene hand de andere ondersteunt. De Stichting voert dit logo sinds 1989 naar een idee van de heer A.J.C.M. Haneveer. De heer Haneveer heeft het ontwerp aan de Stichting geschonken. De start van Klaartje in maart 1978 met een personenbus bleek na 1 jaar al niet voldoende om alle ritten te rijden. In het jaar 1978/1979 werden 4209 ritten gereden en dit steeg in het jaar 80/81 al naar 7892 ritten.
Om de drukte op te vangen werd er een tweedehands Volkswagenbus aangeschaft. Helaas kon deze bus geen rolstoelen vervoeren. Bij het 12½ jarig bestaan van de Stichting in 1990 was het aantal ritten gestegen naar 16.078!
Meer ritten, meer bussen
In 1993 werd er een derde bus aangeschaft en het rittenaantal steeg door naar 21.215!
Het jubileumjaar 2003 werd afgesloten met 25.500 ritten.
De chauffeurs van Klaartje worden getest op voldoende rijervaring en rijvaardigheid en zij werken volgens een strak reglement. Elk jaar wordt aandacht besteed aan actualisatie van rijvaardigheid en verkeerskennis.
De technische dienst heeft jarenlang de handen vol gehad aan de aanschaf en het onderhoud van de bussen. Het was altijd een heel gepuzzel om de juiste inrichting in de bussen in te passen, gezien alle voorschriften en regels.
Tegenwoordig is alles wat er in en aan een Klaartje-bus moet zitten al via de leverancier ingebouwd en wordt het onderhoud volgens contract geregeld.
Het financieringsproject
In 1978 kreeg de Stichting naast de renteloze startlening van f 10.000,- ook financiële steun van de kerken, Stichting Elisabeth Weeshuis, St. Vincentius en de St. Zomerfeesten. Er waren ook startdonaties van het KJAC, de RK Charitas Instelling, de Culemborgse Vereniging voor Handel en Industrie en van Mercedes Nederland, waar de eerste bus werd betrokken.
Maar om alles goed te laten draaien was er meer geld nodig. De heer Louis van Dam, de financiële motor van de Stichting, zocht naar een bron van eigen inkomen, want het was duidelijk dat de Stichting structureel inkomsten moest gaan verwerven.
Mevrouw Schouten kwam met een gouden tip. Zij bracht de heer Van Dam in contact met de heer P. Visser. Deze verrichtte allerlei werkzaamheden in de Driestad en daarnaast verzamelde hij oud papier om uit de opbrengst de bewoners van de Driestad met Kerstmis een attentie te geven.
De heer Visser gaf zijn spaarpotje en zijn voorraad oud papier (dat opgeslagen was in de wasruimte van de Driestad) aan Van Dam cadeau met de woorden: “Hier, dat is voor die club van jou, de Stichting.”
Vanaf dat moment was het voor de heer Van Dam zonneklaar dat er een bron van inkomsten lag in het ophalen en verkopen van oud papier en oude kleding. Dit was de start van het project Kleding en Oud Papier. Mevrouw Schouten en de overige medewerkers pakten ook de organisatie van dit project voortvarend aan.
Speciale ophaalploeg
Er kwam een ophaalploeg voor het papier. Louis van Dam stelde begin 1979 het terrein aan de Oostersingel 36 beschikbaar voor het in ontvangst nemen en het tijdelijk opslaan van het papier en de kleding. Van Dam, zijn vrouw en enkele medewerkers sorteerden het papier op soort, kleur en kwaliteit. Dan bracht het meer op, in de begintijd was dat maar liefst 23 cent per kilo. Jarenlang stonden er opslagbakken in alle soorten en maten op het terrein aan de Oostersingel. Het was heel hard werken voor de vrijwilligers van dit project, in weer en wind, en soms zonk hen de moed om door te gaan in de schoenen. Maar een warm drankje of een goed praatje deed wonderen, hun werk bracht immers geld op voor de Stichting.
Iedereen in Culemborg wist waar Van Dam woonde en men bracht er op de meest vreemde uren van de dag papier en kleding. Het terrein was moeilijk af te sluiten, behalve brengers kwamen er op ongeregelde tijden ook wel eens mensen kijken of er voor hen iets te hálen viel. Ook moest de brandweer een keer in actie komen omdat er stapels papier in brand stonden.
Na een aantal jaren was de ophaalploeg flink gegroeid. Men werkte nu een straat of buurt volledig af, nadat de bewoners voor af door middel van ophaalbriefjes geïnformeerd waren, wanneer de ploeg langs kwam. Bezorgers hielden in elke wijk van de stad de bewoners nauwgezet op de hoogte. Vaak moest er door de ophalers geïmproviseerd, ook de privé auto’s werden wel gebruikt als trekwagen voor de papieraanhanger. In 1989 kreeg de Stichting de beschikking over een kraakwagen van de firma Van Bruchem uit Zaltbommel, zodat in één keer een hele wijk afgewerkt kon worden.
Meer dan 13 jaar was het terrein van de familie Van Dam in gebruik als opslagplaats voor de Stichting. Omdat de heer Van Dam tenslotte een andere bestemming wenste te geven aan zijn terrein, moest de Stichting omzien naar een andere locatie in de stad. Er was flink wat ruimte nodig en een goede bereikbaarheid. Tenslotte werd er een plek gevonden aan de Steenovenslaan. Een wildernis was het, maar beter iets dan niets.
Mevrouw Schouten zorgde ervoor dat de buurt geïnformeerd werd. Na veel overleg kon de firma Hussen het terrein in orde gaan maken. Daarna is alles van de Oostersingel over gebracht naar de Steenovenslaan en werd het terrein op 29 juli 1991 in gebruik genomen. De medewerkers waren blij met deze ruime inzamelplaats, die op tijd voor de herfst in gereedheid was en voldeed aan alle wensen en voorschriften.
BARTJE is geboren
In de lente van 1992 kreeg het project "Kleding en Oud Papier" een nieuwe naam: BARTJE.
Een jongensnaam dit keer, “want,” aldus de heer Van Dam, “de man verdient de kost”. Ook deze naam was zeer snel een begrip in Culemborg.
Hoogtepunt van 1992 was het bezoek van de Commissaris van de Koningin van Gelderland, de heer J. Terlouw, op woensdag 22 april, in gezelschap van zijn vrouw en het College van Burgemeester en Wethouders van Culemborg. Het terrein aan de Steenovenslaan zag er keurig uit en was feestelijk versierd. Door het storten van een doos oud papier op de lopende band naar de container opende de heer Terlouw officieel het nieuwe terrein van BARTJE. Dit officiële bezoek van provinciale en gemeentelijke bestuurders was voor alle medewerkers van de Stichting de kroon op hun werk.